Code geel: heen vliegen, terug fietsen

Hoeveel bar moet er in deze banden? Wat draag je ook al weer, oja ook handschoenen natuurlijk. Zijn deze reservebanden in de toptas de banden die bij de Fuego horen? Waar is het bandje gebleven waarmee ik de Camelbak kan vastzetten aan de tasafhouders?

Na vier maanden velomobiel te hebben gereden was de routine om op de open ligfiets te rijden een beetje weg. Ik kon moeilijk in mijn dunne hardloopbroek gaan fieten: veel te koud. Wat had ik ook alweer aan op de open ligger? Oja, een Fjällravenbroek met dubbele stukken, een fleecetrui en een regenjack tegen de wind. En handschoenen. Die heb je nooit aan in een Quest omdat je handen in de fiets uit de wind zijn en niet koud worden.

Omgeblazen
Vanochtend was ik vroeg wakker geworden van een stevige winterse bui die tegen het dakraam aan kletterde. Het KNMI heeft voor vandaag een code geel afgekondigd voor onder andere de Flevopolder. Omdat we graag wilden fietsen maar niet het risico wilden lopen dat we omgeblazen werden in onze Quest met veel schade als gevolg ontstond het idee om met de open liggers te gaan.

foto 2

Dave vandaag op de Greenmachine langs de Lage Vaart

Vervolgens ontstond er een kleine discussie over de te rijden afstand. Volgens Dave was 20 kilometer op een open ligger net zo zwaar als 60 in de velomobiel. Welnee, zei ik. Een rondje Oostvaarders, 38 kilometer, moet makkelijk kunnen. Een gemiddelde van 20 kilometer per uur, twee uurtjes fietsen. Dave rijdt al vier maanden langer Quest dan ik dus voor hem was het open ligfietsen nog wat verder weggezakt.

Een blik op Nauticlinc windverwachting bepaalde dat we het rondje met de klok mee zouden fietsen, zoals meestal. Je wil de wind in de rug hebben op de onbeschutte Oostvaardersdijk langs het Markermeer. Op de terugweg rijden we dan langs de Lage Vaart en hebben we wat beschutting van de spoordijk en bomen.

Wennen
Het opstappen op de open ligfiets was weer even wennen. Maar ik was nog niet halverwege de straat of ik trapte de fiets naar 31 kilometer per uur. Deze benen zijn nu gewend om een stuk zwaardere velomobiel in beweging te zetten, dus dit ging lekker. Maar dat slingeren. Ik had wel het idee dat ik weer wat meer slingerde op de fiets dan voorheen. Of ik ben het niet meer gewend. Verder viel me op dat haakse bochten eigenlijk met de open ligger net zo moeilijk zijn als met de velomobiel. In mijn herinnering was dat niet zo. Wat wel lekker is met een open ligfiets op twee wielen is het hangen in de bochten, dat gevoel ken je niet in een velomobiel.

Met de wind in de rug vlogen we met 36 kilometer per uur over de Oostvaardersdijk richting Lelystad. Toen gingen we rechtsaf de Knardijk op en moesten we gaan fietsen. Harde wind kwam hier stevig van rechts in. Je moest er hier een beetje schuin tegen in hangen. Af en toe werd ik op de andere weghelft van het fietspad geblazen. Ik zag een kleine roofvogel perfect stil staan in de lucht, speurend naar zijn prooi. Torenvalk?

Trapfrequentie
Ik merkte wel dat mijn trapfrequentie achteruit is gegaan. In de velomobiel zit geen fietscomputer met trapfrequentie, op mijn Nazca Fuego wel. Ik zag dat ik een beetje rond de 78 aan het trappen was, veel te langzaam. Dave is het al eens opgevallen dat ik harder fiets als ik metertjes heb en dat klopt. Anders zit ik maar een beetje te mijmeren in mijn fiets maar als ik op een hartslagmeter zie dat er nog wel een schepje bovenop kan of zie dat mijn trapfrequentie te laag is dan ga ik bijzetten. Jammer dat ik de trapfrequentie niet kan controleren in de velomobiel.

Weer rechtsaf langs de Lage Vaart kregen we de koude wind recht van voren in. Ik ben er niet meer aan gewend, wind mijn broekspijpen in en vol op mijn kruis. Koud! Sowieso voelde het zitje ook wat klein en smal aan in vergelijking met de Quest en lig ik wat meer achterover in de velomobiel. Dave vond de 5000 euro besteed aan zijn Quest opeens een hele verantwoorde uitgave. Toch ging het nog heel behoorlijk tegen de harde wind in, met zo’n 21 kilometer per uur koersten we weer op huis aan. We werden niet ingehaald en zagen alleen een paar tegenliggers. Twee uur later waren we weer thuis met een gemiddeld bewogen snelheid op de GPS van: 22,4 km/u.

foto 4

Mijn Nazca Fuego

5 Reacties op “Code geel: heen vliegen, terug fietsen

  1. Hoi Belle,

    Je kunt een klein tabelletje met je snelheid in de meest gebruikte versnellingen bij 90rpm printen en op de voorrand van je Quest plakken. Met deze “poor man’s cadansmeter” kun je dan zien of je te langzaam rondtrapt. Wel goed plakband gebruiken want bij mij regende het er zo weer af.

    Groet,

    Erwin en Tante Lies

  2. De Fuego heeft een behoorlijk gunstiger versnellingssysteem dan de Greenmachine. Daarbij draait alles rond het planetaire stelsel van een Rohloff naaf. Met maar 1 (een) optimale versnellingsverhouding, die van het voortandwiel gedeeld door het achtertandwiel.
    Hoe verder je van die verhouding af schakelt hoe hoger het verlies in de naaf….

Aanvullingen, tips, vragen? Laat hier je reactie achter: